2015
Iris van der Horst studeert aan Maastricht University.
Iris van der Horst was tweedejaars geneeskunde aan de Maastricht University toen ze voor 6 weken naar Ghana vertrok. Ze liep op maar liefst 5 afdelingen mee. “Ik vond het leuk om steeds iets anders te zien.
Iris liep de eerste twee weken mee op de SEH. Daarna liep ze nog een week mee op de NICU, RCH, Kinderafdeling en Gynaecologie.
Hoe was het om als tweedejaars te observeren in een Ghanees ziekenhuis?
Ik had van tevoren doorgegeven dat ik drie weken op de SEH wilde meekijken en drie weken op de kinderafdeling. Maar toen ik er kwam vond ik het wel leuk om alles te zien. Omdat ik observeerde keek ik vooral mee en ik vond het leuk om steeds iets anders te zien. Je ziet echt verschillen met hoe het hier gaat en hoe het daar gaat. Het was daarom ook heel gaaf om op zoveel verschillende afdelingen mee te kijken. Ik kreeg uitleg over alles en heb er superveel van geleerd.
Ze hebben daar veel minder materialen en medicijnen. Dat was soms wel moeilijk omdat ze niet alle behandelingen konden doen. Terwijl ze wel de kennis hebben, maar niet de middelen. Dat jij dan weet dat het in jouw land wel zou kunnen, is best confronterend.
Ook de omgang met patiënten is heel anders. Er zitten altijd twee patiënten op één kamer en de privacy is veel minder. Ze hebben geen gene daar; in volle zalen worden gewoon patiëntgevallen besproken waar niet alleen de patiënt waar het over gaat bij zit, maar waar alle patiënten bij zitten.
Hoe ze in Ghana naar de dood kijken is ook heel anders. Wij zouden er alles aan doen om iemand te kunnen reanimeren bijvoorbeeld. Zij steken daar veel minder energie in. Als iemand gereanimeerd wordt, bestaat er een grote kans dat diegene daarna deels verlamd is en zij hebben simpelweg niet de mogelijkheid om hen dan passende zorg te bieden. Dan kun je beter dood zijn. Dat klinkt heel hard, maar dat is hun idee er bij. Zij vinden de dood ook minder erg. Misschien door het geloof, iedereen is er wel christen of moslim.
Wat waren je hoogtepunten op medisch vlak?
De HIV-kliniek vond ik heel indrukwekkend. Ze hebben daar zo’n goed programma om HIV-verspreiding te onderdrukken! Elke zwangere vrouw wordt gescreend op HIV en als ze HIV-positief is krijgt ze een behandeling voor de baby. Alle medicatie is gratis, dus ook beschikbaar voor arme mensen. Ze proberen dat echt heel goed te doen en het blijkt dus dat het ook werkt. Eerst kreeg ik van een verpleegkundige uitleg over hoe ze omgaan met HIV, wat voor behandeling ze de vrouwen en de baby’s geven, hoe je het kan krijgen, etc. Het was heel veel uitleg, maar dat vond ik juist fijn. Zo weet ik precies hoe ze er mee om gaan. Daarna heb ik twee uur bij een apotheek medicijnen voorgeschreven onder begeleiding.
Hoe was Ghana?
De mensen zijn echt heel vriendelijk, dat valt ontzettend op. Iedereen begroet je en vraagt hoe het is. Het land zelf was veel mooier dan ik dacht. Misschien wat naïef, maar ik dacht dat het droger zou zijn. Terwijl het juist veel groener is dan ik had verwacht! Qua natuur is het heel erg mooi, met het oerwoud en de bossen. Op safari hebben we olifanten, apen, antilopen en wrattenzwijnen gezien. Op straat lopen gewoon allemaal geiten rond.
Ik vond het ook fijn dat het niet zo toeristisch was. Waar wij zaten, waren bijna geen andere blanken. Dan zie je wel het echte Ghana, met haar kleine huisjes, winkeltjes langs de straat en die prachtige natuur. En het karakter van de mensen maakt het land nog leuker.
Hoe was de organisatie van Work the World?
De lokale staf was een van de meest positieve punten van mijn hele ervaring. De staf was zo vriendelijk en wilde altijd helpen. Ze vroegen hoe je dag was, regelden alles direct en kwamen zelfs langs in het ziekenhuis om te vragen hoe het ging.
Voordat ik vertrok heeft Work the World een paar keer gebeld en ik vond het wel fijn dat ze dingen checkten. Vlak voor vertrek deden ze ook nog even een laatste check. En als je vragen had, kreeg je snel en duidelijk antwoord.
Hoe waren de sociale contacten?
Heel toevallig was ik daar met een ander meisje uit mijn jaar van geneeskunde, maar we kenden elkaar hiervoor nog niet. Dat maakte het juist heel leuk. Ook het feit dat je een kamer deelt was heel leuk.
We gingen er elk weekend wel op uit en dan ben je nooit alleen. Zo ben ik op safari geweest en ik heb een weekend gesurft. Dat je dat kon doen wist ik helemaal niet, maar ik heb een dag les gehad en daarna nog een dagje vrij gesurft. We zijn met een groepje naar Cape Coast geweest voor een canopy walk. Dan loop je op bruggetjes tussen de bomen op 11 tot 40 meter hoogte, heel leuk. En we zijn naar een voetbalwedstrijd geweest, dat was heel leuk om een keer te zien. De supporters zijn best fanatiek, maar gelukkig waren we met iemand van de staf én hebben we gewonnen met 1-0!
Wat blijft je het meeste bij?
Je relativeert meer. Als je een bus mist, is het vervelend, maar je weet gewoon dat het erger kan. Doordat je zo’n reis alleen doet, word je ook zelfstandiger.
Ik heb ontzettend veel geleerd. Als de arts uitleg gaf over een patiënt mochten we de buik onderzoeken. Dan ging het om een geval van een vergrootte milt of lever bijvoorbeeld. Hij vroeg dan wat we voelden of hoorden, zo leer je heel praktisch dingen bij.
Wat ik heel heftig vond is dat ik meerdere patiënten met HIV heb gezien die in het laatste stadium zaten. Zij zagen er zo slecht uit. Een van die meisjes was van mijn leeftijd. Ze was ontzettend dun en had overal infecties. Ik vond het verschrikkelijk om te zien wat die ziekte met je doet.
Nog zo’n ziekte is sikkelcelziekte. Die komt ook in Nederland voor, maar hier kunnen we de effecten ervan onderdrukken met medicijnen. Mensen in Ghana lijden heel veel pijn. Dat is bizar, dat je in Nederland een normaal leven kunt lijden met sikkelcelziekte en dat ze in Ghana in het ziekenhuis belanden vanwege de pijn.
Aanrader voor tweedejaars studenten?
Je moet het zeker doen! Je leert er heel veel van en het is een hele indrukwekkende ervaring.